De oprichting van de VOC in 1602 betekende een enorme werkgelegenheid voor mannen uit heel Europa. Vanuit alle buurlanden kwam men af op de banen bij de VOC en de schepen die naar Indië vaarden, waren dus voor een deel bezet door immigranten. Dit was niet zonder reden: het leven aan boord van een VOC-schip was aan het begin van de zeventiende eeuw geen pretje: van de driehonderd mannen die vanuit Amsterdam vertrokken, keerde slechts een derde terug. Scheurbuik, lijfstraffen en tropische ziekten zorgden voor het grootste deel van deze zeemansgraven. Mannen die een betere mogelijkheden hadden, bleven dan ook thuis. Tijdens deze lezing zal ik kort ingaan op de oprichting van de VOC om u vervolgens mee aan boord te nemen. Ziektes, lijfstraffen en muiterij: niets blijft u bespaard.
In deze lezing bespreek ik het leven aan boord in zeven uitdrukkingen en spreekwoorden. Op deze manier leert men niet alleen iets over de VOC, maar ook over de herkomst van uitdrukkingen die wij nog dagelijks gebruiken.
Deze lezing duurt gemiddeld één tot anderhalf uur. Heeft u speciale wensen? Dan kunt u dit doorgeven. U kunt een vrijblijvende offerte opvragen via het contactformulier.